Voor het liggingsplan wordt een plan van de omgeving van de site gemaakt om de brandweer enkele herkenningspunten te bieden bij het aanrijden. 

Dit plan wordt door de brandweer gemaakt om uniformiteit te bewaren. De brandweer haalt daarvoor gegevens uit GIS of uit www.geopunt.be (een publieke GISviewer van de Vlaamse overheid).

De brandweer zal dit plan al ingevuld hebben voor je uitgenodigd wordt om de rest van het dossier verder aan te vullen. Bekijk het liggingsplan grondig en doe eventueel aanvullingen of aanpassingen. Meld via een bericht aan de brandweer dat je een aanpassing hebt gedaan.

Op de basiskaartlaag wordt het object aangeduid (rood gekleurd), net zoals de belangrijkste straatnamen, een noordpijl (linksboven), lijnschaal (onder), hydranten, en eventueel ook referentiepunten en een ‘Punt Eerste Bestemming’ (PEB):

  • De contour van de eigenlijke site of het gebouw wordt aangeduid door middel van een gekleurd vlak.
  • De schaal van het plan wordt zo ingesteld dat de belangrijkste facetten leesbaar zijn. Om een duidelijk beeld te geven van afstand wordt over het liggingsplan een raster gelegd.
  • Heel belangrijk op dit plan is de vermelding van de straathydranten. Per diameter hebben zij een eigen kleur. De verklarende legende is terug te vinden in de legende.
  • Referentiepunten zijn geografisch duidelijk afgelijnde punten zoals bijvoorbeeld specifieke gebouwen, afrit Drongen, een kerk … Deze punten kunnen met een label worden aangeduid en benoemd.
  • Punten Eerste Bestemming (PEB’s) zijn bedoeld om bijkomende versterkingen of andere hulpdiensten te kanaliseren naar een vooraf vastgelegde locatie.